Interview met MARIAM TRAORE

MARIAM TRAORE is 18 jaar en woont in Boko. Ze volgt het voorlaatste jaar van de wetenschappelijke richting van het middelbaar onderwijs. Maar in het weekend en tijdens sommige namiddagen bezoekt ze families in haar omgeving om hen het belang van evenwichtige voeding uit te leggen.

Mariam is één van de zes ambassadrices van haar school. Tijdens elk bezoek in een gezin meet ze, met een gekleurd lintmetertje, de bovenarm van elk kind tussen 0 en 5 jaar: “Als de armomtrek in de rode zone zit, verwittig ik mijn coach zodat die de ouders kan overtuigen om op consultatie in een plaatselijk medisch centrum te gaan. Als de armomtrek in de oranje zone ligt, probeer ik de ouders te overtuigen om hun kind anders te voeden. Samen met de voedingsspecialisten van de Stichting produceren we zelf een verrijkt meel en dat bieden we dan aan. Maar zelfs als de meting buiten de gevarenzone ligt, vertel ik ouders over het belang van evenwichtige voeding. Daarin zijn, naast granen ook groenten, fruit en proteïnen essentieel.”

Mariam probeert ook vrouwen te overtuigen om kooksessies en voedingscursussen te volgen. Die worden in de dorpen gegeven door lokale mensen die een opleiding kregen in het innovatiecentrum CIAP van de Stichting Hubi en Vinciane.

Wat is voor haar het meest emotionele aan haar werk als malnutritie-ambassadrice?

“Ik vind het vreselijk als babies of kindjes wenen terwijl ik hun bovenarm meet. Het herinnert hen aan de vaccinaties die ze ooit kregen. Of ze zijn gewoon bang van het kleurige meetlint. Ik moet dan altijd heel uitgebreid de tijd nemen om hen te kalmeren en te sussen.”

Zijn alle ouders bereid om hun kinderen te laten controleren door (en om te luisteren naar) een meisje van 18?

” Nee, natuurlijk niet. Er zijn er altijd die weigeren. Ik meld dat dan aan mijn coach en die gaat praten met de dorpsoverste of met andere dorpsgenoten die hen dan proberen te overtuigen. Maar er zijn gelukkig ook veel moeders die dankbaar zijn omdat ze hopen dat ik hun kind sterker kan maken.”

Waarom wou Mariam eigenlijk ambassadrice worden?

“Omdat ik mijn volk wil helpen. Ik hoop ook ooit zelf dokter te worden. Dit is daar al een beetje een voorbereiding op. En – als ik heel eerlijk ben – ook omdat ik, als ambassadrice, elke dag van de Stichting een ontbijt krijg, als tegenprestatie voor mijn engagement in de strijd tegen ondervoeding.”

“Maar écht: het belangrijkste is dat het me blij maakt dat ik mee kan helpen om de kinderen van mijn gemeenschap een betere gezondheid en dus ook betere kansen te geven”

Lea Van Hoeymissen